Als eenmaal vaststaat dat er sprake is van een voedselallergie, is strikte vermijding van het verantwoordelijke allergeen de gouden standaard. Er dient rekening te worden gehouden met de taxonomische relatie tussen de eiwitbronnen om kruisreactiviteit te voorkomen. Bijvoorbeeld als rundvlees geen geschikt ingrediënt blijkt te zijn voor het eliminatiedieet, zijn bizon, hertenvlees, lamsvlees en/of melk wellicht ook niet geschikt. Hetzelfde geldt voor kippenvlees en ander gevogelte of eiproducten. Als de proef correct lijkt te zijn uitgevoerd, maar de patiënt geen of slechts lichte verbetering laat zien, dan is er waarschijnlijk sprake van atopische dermatitis en een reactie op omgevingsallergenen.

PAX® serumtest en/of Artuvetrin® huidtest kunnen vaststellen op welke omgevingsallergenen de patiënt reageert, en helpen bij het opzetten van een geschikte immunotherapie om de oorzaak van de allergie te behandelen.

Artuvetrin® Therapie is de enige goedgekeurde immunotherapie voor dieren in Europa en het product bij uitstek in het kader van de Europese voorschriften voor diergeneesmiddelen (Richtlijn 2004/28/EG).